HP/de Tijd 15 mei 1994
De mediahypes over de asielzoekers keren telkens weer terug. Maar hoe reageert de pers wanneer de cijfers over de alsmaar groeiende instroom niet blijken te kloppen?
“Dit jaar 100.000 asielzoekers. WVC in grote problemen met opvang.” De Telegraaf.
Wie de berichtgeving over de asielzoekers volgt, ontdekt dat er regelmatig en met enige tussenpozen enorme opwinding ontstaat over het toenemend aantal asielzoekers en de falende opvang door de Nederlandse overheid. Die opwinding zwelt telkens aan tot een ware mediahype die soms wekenlang de voorpagina’s van de kranten, het televisienieuws en de actualiteitenrubrieken domineert. Dat gebeurde voor het eerst negen jaar geleden met de Tamils en soortgelijke hypes zouden zich daarna nog regelmatig herhalen.
In 1985 ontstond een ware paniek over de komst van een groep van drieduizend Tamils, die op de vlucht voor het geweld in Sri Lanka in Nederland asiel aanvroegen. Er waren nauwelijks collectieve opvangmogelijkheden en de toenmalige WVC-minister Brinkman zette de Tamils al snel op een streng bed- bad- en brood-regime, in afwachting van de behandeling van hun asielaanvraag, die uiteindelijk ruim drie jaar zou gaan duren. De berichtgeving over de Tamils was in die periode opmerkelijk negatief: het zou gaan om jonge, goed opgeleide ‘economische’ vluchtelingen die duidelijk ‘illegaal’ in Nederland waren. Ook toen was er sprake van een ‘invasie’, een ‘vloedgolf’ en een ‘gigantische stroom’, terwijl de schattingen over de nog te verwachten Tamil-asielzoekers alsmaar bleven stijgen en zelfs een top van 40.000 haalden.
Een vergelijkbare ophef deed zich vorig jaar voor naar aanleiding van het inmiddels spreekwoordelijke ‘maisveld-incident’, waarbij enkele asielzoekers een nacht buiten moesten doorbrengen, omdat alle asielzoekerscentra vol waren. Achteraf werd duidelijk dat het hier een welbewuste publiciteitsactie betrof van VluchtelingenWerk en de Centrale Opvang Asielzoekers die de gemeenten onder druk wilde zetten om meer woningen vrij te maken voor erkende asielzoekers. Het gevolg van die ‘actie’ was wel dat zich het ‘Nederland is vol’ beeld in heel wat hoofden heeft vastgezet.
En in de maart van dit jaar kon Nederland kennisnemen van de jongste hype over de asielzoekers: De Telegraaf kopte breed -en onderstreept- over de voorpagina op 10 maart: “Dit jaar 100.000 asielzoekers.” Volgens het artikel houdt het ministerie van Justititie er ernstig rekening mee dat het aantal asielaanvragen dit jaar spectaculair zal stijgen tot 80.000 à 100.000. Utrechts Nieuwsblad en de Volkskrant zijn iets terughoudender en melden “mogelijk 60.000 asielzoekers” dit jaar, terwijl NRC Handelsblad op basis van dezelfde informatie van Justitie niet hoger komt dan 50.000 asielverzoeken. Een week later al is het aantal verwachte asielzoekers bij de Volkskrant zo sterk gestegen -waarom is onduidelijk- dat de redactie het een opening op de voorpagina waard vindt: “Aantal asielzoekers naar tachtigduizend,” is de kop van de opening op 18 maart. Weer een paar weken later (op 9 april) meldt de Volkskrant dat Nederland in maart een recordaantal van 6000 asielzoekers te verwerken kreeg. “Dat is vierduizend meer dan in maart van het vorig jaar.”
Politiek Den Haag zint vervolgens op drastische maatregelen om de stroom in te perken en ook dat haalt uiteraard dagelijks de voorpagina’s. “Duizend man naar de grens” is de vette, onderstreepte kop in De Telegraaf van 21 maart, alsof Nederland met man en macht een invasie bij de grens moet zien te voorkomen. De koppen in de Volkskrant zijn terughoudender, maar wekken toch ook vaak de indruk dat de paniek rond de asielzoekers terecht is: “Controle op asielvraagstuk lijkt zoek,” (18 maart) en “Asielzoekers mogelijk weer in legertenten.” (11 maart).
Wie dacht dat De Telegraaf wat milder was geworden, komt bedrogen uit. Op 19 maart brengt deze krant het bericht dat asielzoekers in Maassluis worden gehuisvest in “kapitaal pand, een van de meest historische panden van de gemeente.” Naast het stuk staat een foto van een mooi grachtenpand waar heel wat Nederlanders jaloers op zouden zijn. In ander artikel suggereert De Telegraaf dat iedereen de kans loopt plaats te moeten maken voor een asielzoeker. Op 7 april meldt De Telegraaf: “Uit huis gezet voor Bosniërs.” Op de foto zien we een jonge vrouw zittend op de stoep voor haar woning in Maartensdijk. Ze moet “doodleuk het keurige rijtjeshuis, waar ze is geboren en getogen, stante pede verlaten om plaats te maken voor een Bosnische vluchteling.” Wie het verhaal goed leest, ontdekt dat de gemeente Maartensdijk er terecht van uitging dat de woning vrij zou komen. Na haar echtscheiding was de dochter weer bij haar moeder ingetrokken. Een paar maanden later overlijdt de moeder en denkt de gemeente de woning te kunnen toewijzen aan een nieuwe bewoner, want de dochter staat niet officeel ingeschreven in de gemeente Maartensdijk.
In die stortvloed van verontrustende publiciteit over de wassende stroom asielzoekers en de nieuwe maatregelen, vielen die paar berichten over de afname van het aantal asielzoekers nauwelijks op. En toch stond dat nieuws in verschillende kranten en het ging wel degelijk over de afgelopen maanden waarin zoveel ophef was over de 80.000 of misschien wel 100.000 asielzoekers. Merkwaardig genoeg werd dat nieuws niet door de andere media opgepikt: er heerste in de eerste week na die onthulling een absolute stilte, en pas twee weken later komen de eerste, aarzelende reacties.
Het eerste bericht dat de groei van het aantal asielzoekers duidelijk lager is dan Justitie eerder bekendmaakte, staat in het Algemeen Dagblad van 13 april onder de kop: “Grote verschillen in tellingen aantal asielzoekers.” Er blijkt tussen de cijfers van justitie (6.000 in maart) en die van de Centrale Opvang Asielzoekers (COA) een verschil van bijna 2.000 asielzoekers te bestaan.
Drie dagen later staat er in de VNU-dagbladen als het Eindhovens Dagblad en het Brabants Dagblad een uitgebreid stuk van Harry Coerver die op grond van een vergelijking van de cijfers concludeert dat er sprake is van een gestage afname van het aantal asielzoekers in de eerste drie maanden van dit jaar nadat er in december nog 6.772 asielzoekers in de opvangcentra arriveerden. De kop boven zijn stuk: “Instroom asielzoekers verminderd” moet de lezers van deze dagbladen toch wel behoorlijk verbaasd hebben na alle ophef over de explosieve stijgingen.
Uit het stuk blijkt dat de officiële cijfers van het ministerie van Justitie, waarbij sprake is van respectievelijk 5.023, 4.516 en 5.929 voor de maanden januari, februari en maart in feite onzuiver zijn. De Immigratie en Naturalisatiedienst (IND) van Justitie registreert mensen wanneer hun asielaanvraag officieel in behandeling wordt genomen. Op dat moment kunnen die mensen al maanden in asielopvangcentra verblijven en daar meetellen in de cijfers van de COA. De registratie door Justitie heeft in het laatste halfjaar van 1993 nogal wat vertraging opgelopen waardoor sommige asielzoekers maanden moesten wachten voordat hun procedure werd gestart.
De achterstanden werden niet alleen veroorzaakt door de groeiende aantallen asielzoekers in 1993, maar ook door een reorganisatie bij het ministerie waardoor tijdelijk minder ambtenaren beschikbaar waren voor de registratie. In september tot en met oktober dalen daardoor de cijfers van Justitie om vanaf december weer fors te stijgen tot het ‘recordaantal’ van 5.929. “Aan het begin van 1994 zette Kosto enkele tientallen ambtenaren extra in om asielzoekers te registeren en prompt leek te asielzoekersstroom weer aan te zwellen,” aldus Coerver in zijn stuk van 16 april.
De groei in de cijfers van justitie is dus duidelijk een inhaaleffect: asielzoekers die al maanden in centra verbleven werden pas later door Justitie geregistreerd en telden mee in de nieuwe cijfers over de instroom van asielzoekers. Bovendien zijn in de 6.000 van maart 1.070 aanvragen meegerekend van (ex-) Joegoslaven die al vanaf 1992 in Nederland verbleven. De cijfers van de COA, de Centrale Opvang Asielzoekers geven volgens Wim de Lange, voorlichter van de COA, een ander beeld: “In de eerste paar maanden van 1993 was de gemiddelde instroom 400 per week, midden in het jaar was dat op 750 à 800 per week, en vanaf september 1.200 per week. Dat aantal bleef vrij constant gebleven tot december, toen registreerden we 14 à 1.500 per week en in januari is dat aantal teruggezakt naar het peil van 1.200 per week. En in februari zie je dat gemiddelde een eindje verder teruglopen naar ongeveer 1.000 per week.” In maart kwam de COA uit op 3.756 asielzoekers, een verschil van 2.173 met het cijfer van Justitie en in april op 3.723, een verschil van....
Neemt men deze maanden als signaal voor de ontwikkeling in 1994 dan moet de conclusie zijn dat de instroom inderdaad gestaag afneemt, maar volgens de COA-woordvoerder is het erg riskant om die cijfers op het hele jaar te projecteren: “Volgende week kan het wel weer omhoog vliegen.” Voorlopig rekent de COA op vijftigduizend asielzoekers dit jaar, een toename van 15.000 ten opzichte van 1993.
Het stuk van Coerver haalt op zondag 17 maart Teletekst, maar de Teletekstredactie zet de kop, “Gestage afname asielzoekers”, veiligheidshalve maar tussen aanhalingstekens. Hoewel Teletekst over het algmeen goed in de gaten wordt gehouden op de diverse nieuwsredacties, gebeurt er in de week daarna helemaal niets. Geen enkele krant lijkt geïnteresseerd in de ‘gecorrigeerde’ cijfers, terwijl de eerdere hoge schattingen die zo makkelijk op de voorpagina’s haalden, gebaseerd waren op, naar nu blijkt, ‘onzuivere’ cijfers van Justitie. Dat is geen nieuw verschijnsel: uit onderzoek naar het verloop van dergelijke mediahypes blijkt dat het uiterst moeilijk is om een eenmaal gecreëerd beeld later nog bij te stellen: onjuiste feiten blijven nog lange tijd rondzingen, ook al is er al lang nieuwe informatie beschikbaar.
Het duurt nog bijna twee weken voordat de Volkskrant op de voorpagina van 28 maart meldt: “Aantal binnenkomende asielzoekers stabiel.” Na er door een -overigens niet geplaatste- Forumbijdrage op geattendeerd te zijn dat de pers ten onrechte het nieuws over de gecorrigeerde cijfers laat liggen, verschijnt een stuk dat grotendeels bestaat uit een samenvatting van de eerdere berichten van Harry Coerver, inclusief het verhaal over het wegwerken van achterstanden door de IND. De Volkskrant schuift in dat artikel de zwarte piet naar het ministerie van Justitie -die in een nieuwsbrief van de IND melding heeft gemaakt van een “recordaantal” - en naar staatssecretaris Heerma die verantwoordelijk zou zijn voor het getal van 80.000 dat de Volkskrant zo groot op de voorpagina had gezet. In de andere kranten is nog steeds niets terug te vinden over de nieuwe cijfers, uitgezonderd een opiniestuk onder de kop “Paniek zaaien over asielzoekers” in Het Parool van 26 april 1994 van CDA-er J.P.H. Donner.
Inmiddels staat het oorspronkelijke beeld van de enorme toename van het aantal asielzoekers tot misschien wel 100.000 dit jaar nog steeds kaarsrecht overeind, zowel in discussies over het asielbeleid tijdens de verkiezingscampagnes als in de reguliere berichtgeving, zoals bijvoorbeeld blijkt uit een bericht opTeletekst (op 1 mei) vlak voor de verkiezingen: “Het aantal asielverzoeken stijgt de laatste maanden fors. Waren er in 1993 35.000 asielverzoeken, dit jaar wordt een verdubbeling van dat aantal verwacht.”
Wie nog eens teruggaat naar de oorspronkelijke bronnen van het nieuws over de veronderstelde toename van het aantal asielzoekers ontdekt onder meer dat het ministerie van Justitie in haar persbericht over maart duidelijk heeft aangegeven dat zich onder de 6.000 ‘nieuwe’ asielzoekers die 1.070 Joegoslaven bevonden die al vanaf 1992 in Nederland verbleven. Toch is die informatie in de berichten over de toename niet terug te vinden. Bovendien staat er in het persbericht duidelijk bij dat een asielaanvraag wordt meegeteld in de statistieken van de IND “op het moment van de zogeheten ‘intake’.” In de nieuwsbrief van de IND over maart wordt een vergelijking gemaakt met maart vorig jaar en gesproken over een “verdrievoudiging” en een “recordaantal”. Het is deze vergelijking die zal leiden tot tal van berichten over een spectaculaire toename. Zou men maart 1994 hebben vergeleken met december 1993, dan zou er sprake geweest zijn van een afname.
Evenmin is in veel artikelen over de stijgende cijfers het aantal verwijderingen terug te vinden: in maart hebben volgens een persbericht van Justitie 2.403 verwijderingen plaatsgevonden: “het totaal aantal verwijderingen tot en met februari van dit jaar bedraagt: 5.967.” De hele berichtgeving concentreert zich volledig op de verwachte aantallen asielzoekers, maar dat ook heel wat aanvragen worden afgewezen, blijft sterk onderbelicht. In 1993 bijvorbeeld werden van de 35.399 asielaanvragen 30.771 verzoeken behandeld, waarvan maar liefst 15.759 werd afgewezen volgens het IND. Door telkens alleen het aantal asielaanvragen te noemen wekt men op z’n minst de indruk dat die mensen ook allemaal in Nederland zijn gebleven. Bovendien worden de woorden asielzoeker en vluchteling soms als synoniemen gebruikt, terwijl alleen die asielzoekers die erkend worden als vluchtelingen een verblijfsvergunning krijgen.
Een andere bron van het nieuws was staatssecretaris Heerma die uit zou gaan van tachtigduizend asielaanvragen in 1994. Volgens een beleidsmedewerker van het ministerie van VROM die aanwezig was bij dit Mondeling Overleg van de Tweede Kamer over de asielopvang reageerde Heerma als volgt op de kritiek dat het kabinet er niet in slaagde om de asielopvang goed te plannen: “Het is ook niet te plannen, het is zo moeilijk te zeggen waar het heen gaat, het kunnen er 35.000 zijn, maar het zou ook wel eens het dubbele kunnen zijn.” Hoewel het hier dus niet ging om officiële ramingen, haakte de pers daar meteen op in en zette de Volkskrant zelfs 80.000 breed op de voorpagina op grond van dit antwoord.
In de regelmatig terugkerende hypes over de asielzoekers blijken zich telkens dezelfde patronen voor te doen met als belangrijkste element dat de pers wel heel erg gretig aan de haal gaat met cijfers en de schattingen die kunnen wijzen op een toename. Aanwijzingen dat er misschien ook wel een stabilisatie of zelfs een afname uit de cijfers zou kunnen blijken worden tamelijk systematisch genegeerd: de paar berichten die daar wel op wijzen, krijgen in de andere kranten of op de televisie geen enkel vervolg. Speculaties over nog meer asielzoekers zijn altijd voorpaginanieuws, schattingen die veel lager uitvallen, zijn dat niet. Wat rest is de oorspronkelijke beeldvorming: Nederland zal worden overspoeld door een groeiende stroom van asielzoekers.
PETER VASTERMAN.