De Stentor / Dagblad Flevoland
19 november 2014 woensdag
Dagblad Flevoland
door Ingrid Stijkel en Caspar van Oirschot
Zwolle - Vluchtelingen die het wagen te klagen over de
kwaliteit van de noodopvang in de Zwolse IJsselhallen krijgen op social media
vooral te horen dat ze 'maar weer op moeten rotten als het ze hier niet
bevalt'. De Stentor besteedde eerder deze week aandacht aan de noodkreet van
een groep van tientallen vluchtelingen in de Zwolse opvanghal en plaatste het
verhaal ook op de Facebookpagina van de Stentor in Zwolle. Het gevolg: een
stroom van honderden extreme reacties die in sommige gevallen de grenzen van de
wet te buiten gaan: er lijkt sprake van onversneden racisme en discriminatie,
gebezigd achter het scherm van desktop, tablet of mobieltje. Hoe komt het dat mensen
ongeremd fulmineren over maatschappelijke ontwikkelingen op het internet of
sociale media? Volgens mediasocioloog Peter Vasterman, verbonden aan de
Universiteit van Amsterdam, spelen er twee dingen.
Mensen zitten in een soort flow, waarin ze een reactie van
anderen zien en daarbij zich ongeremd voelen daar nog een schepje bovenop te
doen. "Het is een psychologisch effect. Mensen zien een bevestiging in een
reactie van een ander en denken: 'Het kan gezegd worden, dus kan ik het ook'.
Ze doen er uit enthousiasme een schepje bovenop. Ze willen het liefst laten
zien dat zij nóg een scherpere mening hebben. Daarmee willen zij zich
onderscheiden van de rest." Speelt ook mee dat mensen niet goed
onderscheid kunnen maken tussen berichtgeving. Wat is privé en wat is openbaar?
"Je ziet het bijvoorbeeld op Twitter. Mensen denken dat ze hun berichten
alleen aan hun volgers sturen. Maar als een van die volgers een veel grotere
schare volgers heeft, kan het zich uitbreiden als een olievlek. Soms duiken de
media daar dan ook bovenop."