dinsdag 17 februari 2004

Interview over Mediahype in Desmet Live


 BELUISTER DE UITZENDING


Hoofdgast: Peter Vasterman, mediasocioloog en werkzaam aan de School voor Journalistiek in Utrecht, is expert op het gebied van mediahypes en de berichtgeving over rampen, risico's en crisis. Op 12 februari promoveert hij op zijn studie Mediahype.

'Het kwaad in de wereld' volgens dichteres Carla Bogaards.

Giel waar was je? Giel Beelen over zijn afgelopen week.

Classicus Hein van Doolen over de Griekse tragedieschrijver Sophocles.

Live muziek:
Jesse Dayton is een opkomend talent in het americana-genre. Hij is een mix van een rootsrocker en een singer/songwriter. Hij schrijft uit het OEeigen¹ leven gegrepen liedjes.

En verder de vaste onderdelen:
Nora Romanesco als 'De Vale Gier'; satire op een tekst van Theodor Holman. Max Pam als Kabouter Wáárom.
Theodor Holman zingt een zelfgeschreven liefdeslied.

maandag 16 februari 2004

Hype: de media veroorzaken hun eigen nieuws.

HYPE!
16 februari 2004 

De media veroorzaken hun eigen nieuws. Mediasocioloog dr Peter Vasterman onderzocht mediahypes.

vrijdag 13 februari 2004

Een spiraal van bijtende honden. Recensie van 'Mediahype' in NRC Handelsblad

Een spiraal van bijtende honden

Het woord duikt om de haverklap op, maar wat is het eigenlijk, een mediahype? De meeste mensen zullen zeggen: een affaire die in de media hoog opspeelt, maar eigenlijk niet veel om het lijf heeft. Nipplegate, Idols, het gevaar van de reuzenbrulkikker, en zo zijn er nog wel een paar te noemen. Maar Mabel Wisse Smit? Oudkerk? De gevaarlijke lading van het toestel dat op de Bijlmermeer neerstortte? Het element van overdrijving zat er wel in, maar daar bleek toch ook wel iets aan de hand te zijn.
Lees verder
Peter Vasterman: Mediahype. Aksant, 317 blz, €25,–

woensdag 11 december 2002

Pers moet beter nadenken over rol in publieke debat

Pers moet beter nadenken over rol in publieke debat

bijdrage voor de discussie 'Nieuws of Hype' in NRC Handelsblad.

Peter Vasterman

Gepubliceerd in: NRC Handelsblad, 11 december 2002.

Dit stuk is een reactie op:

Auke kok, "Met een beetje hype is niets mis." NRC Handelsblad 6 december 2002.

De serie 'Nieuws of Hype' bestond verder uit:

Maarten Huygen, "Media marcheren te strak in de pas." NRC Handelsblad 29 november 2002.

Op een voor de journalistiek ongewoon openhartige manier legt Auke Kok, redactiechef bij Radio 1 journaal ("Met een beetje hype is niets mis," 6 december 2002) uit waarom de mishandeling met dodelijke afloop in Venlo een nationale mediahype is geworden. Het incident is een dag later eigenlijk al te lang geleden voor het snelle nieuws van Radio 1, maar de cocktail van nieuwshonger, verontwaardiging en kuddejournalistiek (geen enkele redactie kan achterblijven, 'Nederland' is immers in de ban van veiligheid) zorgt voor een snelle escalatie van de zoveelste nieuwsgolf over 'zinloos geweld'. "Wij gingen dus met voorbedachten rade de volgende ochtend mee-hypen op een incident in een willekeurige provinciestad." Schrijft Auke Kok uitdagend: "Met plotselinge mediamieke opwinding, hoe onwillekeurig die soms ook lijkt, is weinig mis, of het moest zijn dat in de drift om er tijdig bij te zijn soms wordt vergeten om de feiten te respecteren. Dat is uiteraard een doodzonde." 'Hypen' mag volgens Kok, als de feiten maar kloppen.

woensdag 9 oktober 2002

De media zijn weer buiten adem. Haasje-over in berichtgeving rond de dood van prins Claus

BN/DeStem

9 oktober 2002. 

Door Frans van Mourik

Highlight: Als er politieke moord, asielzoekers of ander 'groot nieuws' in de maand zit, plegen de media onrustig te worden. Ze raken buiten adem als ze haasje-over spelen om het onderwerp nieuwswaardiger te maken, te belichten en te analyseren. Dat heet een mediahype en die doet de lezer, kijker of luisteraar de adem in de keel stokken. De mediagolf rond de dood van prins Claus is daar een voorbeeld van.

"Er is sinds zondagavond een overkill aan beelden geweest", zegt professor Henri Beunders, hoogleraar mediageschiedenis aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam, die overigens vindt dat de kranten het beter hebben gedaan dan de televisie.

Een cynische Beunders: "De media maken zich altijd op voor de vorige oorlog. Na Meindert Tjoelker, prinses Diana en Pim Fortuyn dachten ze: Het zal ons niet gebeuren dat er niet meteen genoeg aandacht aan het onderwerp wordt besteed. En als wij er niet fors mee uitpakken, dan doet de concurrent het. Dus werd het rampscenario uit de kast gehaald. Daarna is de automatische piloot aangezet."

Mediasocioloog Peter Vasterman is het daar mee eens. Deze docent aan de Utrechtse School voor de Journalistiek promoveert volgend jaar op het onderwerp 'mediahype'. "Media hebben de neiging om groot nieuws zo groot mogelijk te brengen", zegt hij. "Dat er zondag onmiddellijk werd gereageerd en op drie netten een nationaal programma werd uitgezonden, is op zichzelf wel begrijpelijk. Maar dat leidde wel tot de zotte situatie dat ingezoomd werd op nieuws dat er niet was. Verslaggevers bij het ziekenhuis en het paleis die constant moesten melden dat er niks te melden viel."

Pater familias

Ook Vasterman is mild voor de kranten, al vindt hij wel dat sommige volledig zijn doorgeschoten in hun streven om op maandag zoveel mogelijk bedrukt papier te produceren over het onderwerp. Hij heeft zich geergerd aan de televisie. "Het ging me storen dat eindeloos beelden en teksten werden herhaald. Steeds weer dat weggooien van die stropdas, steeds weer dat gevoetbal in de tuin. En steeds weer die cliches over de pater familias die hij was, en de charme en humor waar hij over beschikte. Veel informatie die echter niks toevoegde aan wat er gebeurd was. Dat was buiten proporties en dat begreep ik dus niet."

Hij heeft met name de kritische benadering van het onderwerp gemist. "Er werd geen ruimte gemaakt voor een andere visie. Niemand vroeg zich bijvoorbeeld af of er echt een verband was tussen zijn functie en zijn depressiviteit. Dat gaat dan rondzingen en dat komt dan vervolgens eindeloos terug in alle media."

Radio, televisie en kranten krijgen volgens Vasterman door hun overdreven reactie een opkloppende werking. "Het grote nieuws wordt almaar groter en drukt dan al het andere nieuws opzij. De LPF moet dolblij zijn dat er niet vergaderd wordt over de crisis in de partij. Maar ook belangrijke zaken worden op een zijspoor gerangeerd."

Vasterman maakt ter vergelijking een zijsprongetje naar een van de onderwerpen die in zijn proefschrift geanalyseerd worden: zinloos geweld. Goed voor jaren publiciteit.

Bijlmerramp

Zinloos geweld begint in 1996 met de commotie rond de dood van Joes Kloppenburg in Amsterdam en die van Meindert Tjoelker in Leeuwarden een jaar later. Kranten, televisie en radio gingen prompt op zoek naar vergelijkbare incidenten. Daarbij was sprake van volstrekte willekeur. Zo vond een landelijke kwaliteitskrant het nodig om al het geweld in een weekend op een hoop te vegen. De knokpartijen hadden echter niets met elkaar van doen en waren ook niet groter in aantal dan anders. Maar het leek zo wel erger. Andere kranten doken vol vuur op hetzelfde onderwerp en zo werd het meer een publicitaire uitbarsting van geweld dan een echte.

De Bijlmerramp is voor Vasterman een voorbeeld van de invloed die publiciteit kan hebben op het gedrag van mensen. "De media hebben daarin een belangrijke rol gespeeld. Toen het ongeval net was gebeurd, waren er slechts enkele tientallen mensen die de problemen met hun gezondheid toeschreven aan de ramp. Tijdens de hausse in de berichtgeving zag je dat aantal groeien. Na de parlementaire enquete waren er meer dan zesduizend mensen met gezondheidsklachten."

Waarmee hij de klachten overigens niet wil bagatelliseren. "Maar de aard van de berichtgeving moet invloed hebben gehad. Daarin werd tenslotte steeds gehamerd op de aanwezigheid van verarmd uranium in het neergestorte vliegtuig. Dat moet effect hebben gehad."

Opwinding

Professor Beunders noemt de journalistieke opwinding rond de dood van Claus 'een gebrek aan gevoel voor wat er in het volk leeft'. "Straks defileren er misschien wel honderdduizend mensen langs de baar van de prins. Dat zie ik echt gebeuren. En wat doe je dan met je camera, microfoon of bloknoot? De aard van de rouw over Claus is er een van ingetogenheid en stil verdriet. Dat kunnen media niet weergeven. Die zijn ingesteld op heisa. De mensen die langs de baar gaan, zullen niet eens behoefte hebben om wat te zeggen. Die zullen denken: 'Rot op en laat me met rust'."

Vasterman kan zich daarin vinden, en maakt een vergelijking tussen wat er nu gebeurt met de opwinding rond de dood van prinses Diana en die van Pim Fortuyn. "Toen was er een wisselwerking tussen media en publiek. Dat zie ik nu niet gebeuren. Er zijn veel minder emoties rond de dood van de prins. Als er geen reactie komt, zal het snel voorbij zijn."

Mooi gedicht

Voor Beunders is er in een aantal opzichten sprake geweest van sensatiejournalistiek. "De media hebben opnieuw minachting getoond voor het publiek. Je moet niet proberen om lezers en kijkers emoties op te dringen. We moeten op een andere manier omgaan met de dood van Claus. De kranten hadden bijvoorbeeld maandag een mooi gedicht op de voorpagina kunnen zetten, van Gerrit Komrij. Mensen willen op de dood van de prins reageren zoals de prins leefde, rustig en ingetogen." Beunders werd naar zijn zeggen slechts door een televisiebeeld echt geraakt. "De opname van prins Claus in Tanzania met op de achtergrond de Kilimanjaro. De prins zegt in dat filmpje dat hij dat plekje het mooiste op aarde vindt. Hij vindt daar vrede in zichzelf."


woensdag 5 juni 2002

Media, rampen en risico's. Cahier 23

MEDIA, RAMPEN EN RISICO’S

Cahier 23, uitgave van de Faculteit Communicatie en Journalistiek van de Hogeschool van Utrecht. 2002
ISBN 90-806858-4-4 

Peter Vasterman (samenstelling).

Inhoud

I Media, rampen en risico's
1. Peter Vasterman: inleiding 8
2. Loek Hermans: Verantwoording en professionaliteit 11 
3. Mark Kranenburg: De hedendaagse journalistiek: dat is pas echt een ramp 16
4. Frits van Exter Voedertijd 20
5. Peter Vasterman: Rampen en risico's: duivelse dilemma's voor pers en overheid 25

II Media in crisis, crisis in media 
Stellingen en discussies
6. Werner Overdijk: Een nabeschouwing: terugkijken op de toekomst 40