maandag 24 mei 2021

Is de nieuwe groep van kinderen met genderdysforie inderdaad anders? Evaluatie van de reacties deel 1

Evaluatie reacties deel 1

Mijn NRC artikel Berichtgeving over gender-ingrepen bij tieners is te weinig kritisch van 18 mei heeft veel reacties en discussies opgeleverd. Tijd voor een evaluatie van die reacties. 

Eerst het interview in NRC van 20 mei met Thomas Steensma van de VUmc genderkliniek: Zijn de zorgen over transjongeren bij de genderpoli terecht?

In dit interview stelt hij dat er geen verschil is tussen de nieuwe groep van meisjes die zich sinds 2013 in groten getale meldt bij de kliniek en de kleinere groep van merendeels jongens in de periode daarvoor. 

Citaat: "Nee. Er is inderdaad sinds 2012 een enorme toename van mensen die het geslacht ‘meisje’ toegewezen kregen, maar ze zijn niet meer of minder genderincongruent dan degenen die bij de geboorte als jongen werden geregistreerd, of eerdere aanmelders. Ook uit een cohortstudie met alle 1.072 adolescenten die naar ons zijn doorverwezen tussen 2000 en 2016 zien we geen verschil. Vrijwel alle jongeren die bij ons komen ervaren serieuze problemen met hun geboortegeslacht.”  

Het gaat om deze studie: 

Arnoldussen, Marijn , Thomas D. Steensma, Arne Popma, Anna I. R. van der Miesen, Jos W. R. Twisk, Annelou L. C. de Vries. Re-evaluation of the Dutch approach: are recently referred transgender youth different compared to earlier referrals? European Child & Adolescent Psychiatry (2020) 29:803–811

Het probleem is natuurlijk dat de nieuwe groep nauwelijks voorkomt in de cohort studie tussen 2000 en 2016, de grote toename van meisjes vindt plaats na 2016. De nieuwe groep zit dus alleen in de staart van het cohort. Sindsdien zijn er vijf jaar verstreken waarin de trend sterker is geworden.   

Bovendien gaat het volgens andere onderzoekers wel degelijk om een nieuwe groep. Zoals Annelou de Vries, collega van Steensma bij VUmc, schrijft in het wetenschappelijk tijdschrift Pediatrics Challenges in Timing Puberty Suppression for Gender-Nonconforming Adolescents, waarin zij ook verwijst naar het genoemde cohort onderzoek: 

"A study at the Amsterdam transgender clinic, one of the oldest in the world, whose researchers aimed to gain insight in the possible changes of certain key characteristics of earlier compared with recent applicants, revealed no changes in intensity of gender dysphoria, psychological functioning, and age over time between 2000 and 2016.11 The only yet-unexplained observed change was a shift in sex ratio in favor of assigned female individuals. 

However, authors of case histories and a parent-report study warrant that gender identity development is diverse, and a new developmental pathway is proposed involving youth with postpuberty adolescent-onset transgender histories. These youth did not yet participate in the early evaluation studies. This raises the question whether the positive outcomes of early medical interventions also apply to adolescents who more recently present in overwhelming large numbers for transgender care, including those that come at an older age, possibly without a childhood history of GI. It also asks for caution because some case histories illustrate the complexities that may be associated with later-presenting transgender adolescents and describe that some eventually detransition"

Annelou de Vries zegt dus dat de nieuwe groep die zich in 'overwhelming large numbers' aanmeldt niet voorkwam in de eerdere evaluatiestudies en dat er ook jongeren bij zijn die zich later melden en mogelijk geen geschiedenis van genderdysforie hebben. Ze wijst erop dat voorzichtigheid geboden is omdat deze groepcomplex is en mogelijk 'detransition', dus de transitie terug draaien. 

Steensma zegt dat ook in het interview met AD van 27 februari 2021 (printversie): 

"Steensma merkt op ook kritisch te zijn op het eerdere onderzoek, omdat sinds 2013 er een golf van aanmeldingen is. En dan vooral van kinderen die werden geboren als meisjes maar zich jongen voelen. ,,Daar moet onderzoek naar komen. Is ons onderzoek van toen nog toe te passen op de groep jongeren die zich nu meldt? En waarom zijn er plotseling zoveel meisjes die onvrede ervaren over hun geslacht? Dat moet echt onderzocht worden."

Dat lijkt me toch duidelijke taal en dat was een belangrijke aanwijzing -naast internationale onderzoeken- dat zich een nieuwe ontwikkeling doordoet waardoor de gebruikelijke benadering wellicht niet meer voldoet. Ik heb daar geen oordeel over uitgesproken en er alleen op gewezen dat de media hier aandacht aan zouden moeten besteden.