vrijdag 10 december 2010

Wat zij onderzoeken willen wij niet weten


Mediaonderzoekers kijken liever naar het verleden dan naar de toekomst van de journalistiek. Nieuwe verdienmodellen, burgerjournalistiek en Twitter worden nauwelijks bestudeerd.

Door Leendert van der Valk, NRC Handelsblad 3 december 2010.

Mediawetenschappers bestuderen liever de geschiedenis van de VARA dan de opkomst van Twitter en liever de impact van Fitna dan een nieuw verdienmodel voor het zieltogende krantenbedrijf. De onderzoeksvragen sluiten vaak niet aan op de verwachtingen van de praktijk. Maar dat ligt niet alleen aan de onderzoekers.

Terwijl de journalistiek het steeds moeilijker heeft, groeit het vakgebied journalism studies. Dat wil echter niet zeggen dat de twee elkaar beter weten te vinden, blijkt uit een inventarisatie van het werk van 86 onderzoekers door Peter Vasterman (Universiteit van Amsterdam, UvA) en Kees Brants (Universiteit Leiden en UvA). Het onderzoek werd besproken en voorzien van commentaar op weblog De Nieuwe Reporter. Een van de bijdragen droeg de veelzeggende kop: Nederlandse journalisten houden niet van onderzoek, en onderzoekers niet van journalistiek.
Nederlandse mediawetenschappers waren goed voor 270 publicaties tussen 2005 en 2009. Die richten zich relatief vaak op politieke communicatie: hoe komen politici in de media of welke invloed hebben negatieve campagnes op stemgedrag? Er is ook een voorkeur voor de gevalsstudie, zoals onderzoek naar Gaza, Fitna, Iran, Mabel Wisse Smit of de kredietcrisis. En studies naar journalistieke vormen, zoals infotainment, of regionale journalistiek zijn populair.
Dat zijn echter niet de belangrijkste thema's waarmee de beroepspraktijk worstelt. Volgens Vasterman en Brants is de journalistiek ,,naarstig op zoek naar alternatieve verdienmodellen, nieuwe journalistieke vormen en herdefiniƫring van haar maatschappelijke opdracht". Antwoorden zullen ze niet snel vinden bij wetenschappers. Brants: ,,Er is sprake van trechtervorming. Onderzoek richt zich vaak op kranten, omdat die makkelijk te onderzoeken zijn. Het meeste gaat vervolgens over politieke verslaggeving en daarbinnen over verkiezingen. Slechts een kleine minderheid gaat over het productieproces, nieuwe technieken of eigendomskwesties, over het functioneren van journalisten."
lees verder in NRC Handelsblad